Wachten op Godot
Marty Rea als Vladimir en Aaron Monaghan als Estragon in Druids productie Waiting for Godot van Samuel Beckett geregisseerd door Garry Hynes, foto: Matthew Thompson, publicatie met dank aan Druid, 2018
De zin van het leven
Door Anita Twaalfhoven
Wie wacht op de uitslag van een onderzoek ziet de tijd soms tergend traag vooruitkruipen. Hoe dood je de tijd in een wachtkamer? Welke gedachten schieten er door je hoofd? Wanneer verschijnt de arts, en wat krijg je te horen? Dit onbestemde wachten heeft Samuel Beckett in zijn wereldberoemde toneelstuk Wachten op Godot genoemd.
‘Een landweg. Een boom. Avond.’ Op deze plek wachten de toneelpersonages Vladimir en Estragon op een onbekende persoon met de naam Godot. De mannen zijn oude bekenden die elkaar op die plek weer zijn tegengekomen. De een krijgt zijn gezwollen voet niet uit zijn laars en de ander probeert hem te helpen. Onderhand filosoferen ze een beetje over het leven: ‘Zo is de mens nou, hij wordt kwaad op zijn schoen terwijl zijn voet de schuldige is.’ Zoals mensen in een wachtkamer een gesprek voeren over wat eraan scheelt en hoe je daarmee omgaat.
Een verhaal vol absurde gesprekken tussen twee mannen met bolhoeden over wachten op een vreemde, op een onduidelijke plek in een onbekende tijd. Geen ander toneelstuk uit de twintigste eeuw deed zoveel stof opwaaien als Wachten op Godot. Wie zijn die twee? Wat doen ze, behalve wachten? Speelt het tijdens een wandeltocht in Ierland, of misschien wel in Rusland tijdens de revolutie? En waaróm wachten ze op Godot? De schrijver laat het over aan de verbeelding van zijn lezers.
De Ierse schrijver Samuel Beckett schreef het in 1952 in Parijs, waar het existentialisme populair was bij kunstenaars en intellectuelen. De twee personages wachten eigenlijk op een antwoord op hun grote levensvraag: Wat doen we hier op aarde? De vertwijfeling over de zin van het bestaan paste in die naoorlogse jaren en klonk ook overtuigend door in het theater. Becketts verhaal biedt de ruimte om het op allerlei situaties toe te passen. Wachten op Godot is dan ook wereldwijd in zeer verschillende versies opgevoerd, variërend van gevangenen in Califorina’s San Quentin State Prison in 1957 (wachten op de cipier die je vrijlaat), tot de oorlog in Sarajevo in 1993 (wachten op vrede) of overlevenden van Hurricane Katrina in een openluchtvoorstelling in New Orleans in 2007 (wachten op hulp).
Wachten op Godot is het meestgespeelde stuk aller tijden, en in Nederland lange tijd het meestgeliefde, zo bleek uit een verkiezing van het theatervakblad TM. Hoewel de eerste opvoering in Arnhem in 1955 door de burgemeester werd verboden, vanwege vermeende homoseksuele tendensen: Een anekdote die illustreert dat iedere lezer er weer een andere betekenis aan geeft. Een commissie moest destijds beoordelen of het stuk inderdaad indruiste tegen de goede zeden, maar zij zag Becketts tekst juist als een daad van zingeving, als wachten op verlossing.
Absurde gesprekken
Met een beetje fantasie past Wachten op Godot evengoed in de wachtkamer van een ziekenhuis, de tijd dodend totdat iemand verschijnt met de uitslag van een röntgenfoto of bloedonderzoek. Met een gang in plaats van een landweg en een koffieautomaat in de rol van de boom. Als je niet weet wat je daar te wachten staat, gaat je verbeelding met je op de loop. Je levensloop trekt aan je voorbij; hoeveel tijd is er nog over? Voor het boek dat je nog wilde schrijven. Om de vriend of vriendin terug te zien die je uit het oog verloor. Kinderen en kleinkinderen te zien opgroeien. Tijdens het Wachten op de arts kan alles wat vertrouwd is op losse schroeven komen te staan.
Ook Vladimir en Estragon bespreken hun gedachten, die tijdens het onbestemde wachten de revue passeren. Hun gesprekken zijn absurd, grappig, vervreemdend en gaan over herkenbare onderwerpen als vriendschap, verlangen, geloof, geweld en berouw.
Aan het begin van het eerste bedrijf speelt de volgende dialoog:
Estragon: ‘Wat is er?’
Vladimir: ‘Als we eens berouw toonden.’
Estragon: ‘Waarover?’
Vladimir; 'Nou… Het is niet nodig in bijzonderheden te treden.'
Estragon: ‘Dat we geboren zijn? ‘
Tegen het einde van het tweede bedrijf voeren ze de volgende dialoog:
Estragon: ‘Ik vraag me af of we niet beter alleen hadden kunnen blijven. Ieder apart.
We zijn niet voor dezelfde weg gemaakt.’
Vladimir: ‘Dat is niet zeker.’
Estragon: ‘Nee niets is zeker.’
Vladimir: ‘We kunnen altijd nog uit elkaar gaan, als je denkt dat het beter is.’
Estragon; ‘Nu is het niet meer de moeite waard.’
Vladimir: ‘Dat is waar, nu is het niet meer de moeite waard.’
Marty Rea als Vladimir in Druids productie Waiting for Godot van Samuel Beckett geregisseerd door Garry Hynes, foto: Matthew Thompson, publicatie met dank aan Druid, 2018
Zin van het leven
Met groeiende bladeren geeft de boom in Becketts stuk het verstrijken van de tijd aan. De eerste dag komen twee andere mannen op bezoek, de dominante Pozzo en zijn volgzame bediende Lucky. De derde bezoeker is een jongen die dagelijks aankondigt dat Godot vandaag niet zal komen, maar morgen zeker wel. De tweede dag herinneren Vladimir en Estragon zich de eerste niet zo goed. Er zijn wel kleine verschillen: de boom schiet blad en Pozzo is blind geworden. De schrijver laat in het midden hoe lang Vladimir en Estragon al wachten op Godot. Het kan om twee dagen gaan, maar ook hun hele leven - meer dan 50 jaar. Ze raken steeds verder in de war en vertwijfeld.
Vladimir: ‘Heb ik geslapen terwijl de anderen leden? Slaap ik op dit ogenblik? Als ik morgen denk dat ik wakker ben, wat zal ik dan van deze dag zeggen? Dat ik met mijn vriend Estragon, op deze plaats, tot het vallen van de nacht op Godot heb gewacht? Dat Pozzo met zijn knecht voorbijgekomen is en dat hij met ons gesproken heeft. Misschien wel. Maar wat zal er dan van dit alles waar zijn?'
Het verhaal onthult niet wie Godot is; hij blijft de grote onbekende. Hij staat symbool voor de zin van het leven. En ook al brengt Godot deze zingeving niet dichterbij, het wachten op zich geeft het leven ook al een doel. Wachten op Godot ís de zin in het leven, zoals Wachten op de arts van levensbelang kan zijn. Vladimir en Estragon geven het niet op. Zelfs als ze aan het slot van het stuk vertellen dat ze vertrekken, blijven ze gewoon onder die boom langs een landweg staan.
Beckett wilde misschien duidelijk maken dat het leven op zichzelf zinloos is, en dat je er zelf zin aan moet geven, hoe zinloos of absurd ook. ‘Op een dag ga je dood, op een dag ben je geboren’, zegt Vladimir. ‘Is dat niet voldoende?’
De toneelteksten zijn afkomstig uit een bewerking van Jacoba van Velden.
Anita Twaalfhoven (1958) is freelancejournalist en tekstschrijver. Zij schreef en schrijft voor dagblad Trouw, Theaterkrant.nl, het Cultuurplein Magazine en diverse andere vakbladen en opdrachtgevers. Verder geeft zij onder meer les op het gebied van schrijven op de Theaterschool in Amsterdam.